Asking Why

Design teachers continually ask their students: why? This is frustrating for the student and in the end, ineffective. Daniel Dennet’s two versions of “why?” may help us think this through.

Students interpret this question, I think, as “how come?” In any case, that’s often how they answer it. They start telling us about all the steps in their process, the changes, developments, and other design moves they made that culminated (for the time being) in this particular feature.

The teacher, I think, is interested in “what for?” What is the value or function of this feature? What is the effect? But often, there probably is no intended effect. This is just the first shape that came to mind, or the dimension that fit without causing any explicit problems.

Come to think of it, the student may very well understand that the teacher is asking “why?” in the sense of “what for?”, but when they don’t have an answer, they just start describing their “how come” origins.

And, in fact, it doesn’t really matter whether there is an intended effect to answer the teacher’s “why” question. The answer might be, no reason — yet. Because that’s why “why?” is an interesting and potentially productive question: what might or could the effect of this feature, nut, bolt, angle, or dimension be?

A well considered design is exactly that: rigorously considered. This means that for every ‘independent variable’, for every feature under the designers control, and thus everything the designer is forced to make a choice about, it has been considered what the effect is, what effects could be produced by varying this variable, whether these are positive and could be further strengthened or whether these are negative and could be minimized or compensated for somehow.

Grades

It is taken for granted that students taking a course will receive grades. But when we give a course or workshop to colleagues, or when we follow professional training as part of our jobs, nobody even thinks of handing out grades. We’d actively protest, I believe. This would be silly. We’re adults, thank you very much!

We don’t mind being assessed. In fact, many participants in courses, workshops, and training programs welcome feedback, positive and negative (constructive). And we expect to be tested. But we expect the result to simply be pass/fail. Why on Earth should we get grades on a scale of 1-10?

But then, what’s so different with students?!

Ontwerptheorie, ontwerpkritiek

Het is al vaak opgemerkt, maar het blijft een ding dat er zo weinig van ontwerptheorie door ontwerpers in de praktijk als relevant ervaren wordt. Een manier om dit voor nieuw werk te voorkomen, kan zijn om iets aan te pakken dat daadwerkelijk als een probleem of open vraag beleefd wordt.

Ik denk dat de vraag wat het betekent om universitair, academisch bezig te zijn als ontwerper hier een aardige kandidaat voor blijft. Hoewel het er wel op lijkt dat best veel mensen hier vrij concrete –eigen– ideeën over hebben. Dus misschien wordt het wel als relevante vraag ervaren, maar niet zozeer als probleem. In ieder geval niet door degenen met hun eigen pet theory.

Iets dat in ieder geval voor studenten een relevante vraag lijkt –een zeer zeker als probleem ervaren wordt!– is hoe ontwerpvoorstellen beoordeeld worden. Wat voor soort kritiek kun je verwachten? En hoe verdedig je je voorstel?

Vandaag bij de presentaties waar studenten met ontwerpvoorstellen kwamen, kwamen er een paar mooie langs.

“Ik denk niet dat het mechanisme gaat werken zoals jullie denken dat het werkt,” gebaseerd op natuurkundige en mechanische kennis en redenatie.

“OK, ik geloof dat het zou doen wat jullie denken, maar treedt er daarnaast niet ook dit effect op, dat ongewenst is?,” op basis van simulerend denken.

“Wat is nu eigenlijk het waardevoorstel? Ja, het doet wat jullie denken, maar oplossing X zou toch met minder kosten een veel beter resultaat opleveren?!”, op basis van kennis van alternatieven en kritisch denken over de probleem- en doelstelling.

“Oe, gaaf, maar waarom hebben jullie onderdeel Y niet op manier Z gemaakt, dan wordt het effectiever/goedkoper/sterker/…,” op basis van creatief mee-ontwerpen en kennis van alternatieve deeloplossingen.

Dit zijn:

  • kritiek dat het gedrag incorrect voorspeld is
  • kritiek dat het gedrag onvolledig voorspeld is
  • kritiek op de waarde van het ontwerp
  • kritiek dat het ontwerp niet optimaal is

Wat ook leidt tot kritiek…

  • … dat het ontwerp onvolledig is
  • … dat het ontwerp incorrect (onmogelijk is)

Er kan kritiek zijn op minstens 3 niveau’s:

  • op de probleemstelling (niet duidelijk/volledig/concreet/specifiek)
  • op het concept (niet de beste aanpak, inherente nadelen/conflicten)
  • op de uitvoering (niet volledig, optimaal, goed voorspeld)

Of anders gezegd, op 3 aspecten:

  • functie
  • concept
  • optimalisatie